Vandaag wordt er nog maar weinig gebruik gemaakt van analoge foto's om projecten te documenteren, maar je kan ze wel nog volop vinden in oudere projectdossiers. Om de bewaring van fotomateriaal te vrijwaren voor te toekomst, moet je indachtig houden dat ze zijn gemaakt met verschillende technieken en procedés, waardoor ze variëren in samenstelling, vorm, opbouw en formaat. Foto’s, negatieven, films en dia’s zijn dan ook bijzonder kwetsbare archiefdocumenten.
In de Handleiding architectuurarchieven: materiële zorg wordt er uitvoerig aandacht besteed aan de bewaring van fotomateriaal. Hieronder worden enkele aspecten toegelicht.
De drager van dia’s en negatieven is doorgaans kunststof of glas, bij foto’s is dat papier. Daarop wordt een beeldlaag, bestaande uit een bindmiddel en lichtgevoelige zilverdeeltjes en/of kleurstoffen, aangebracht. Al deze componenten vereisen specifieke materiële zorg.
Stof, vuil, vingerafdrukken op het foto-oppervlak, licht, warmte, vochtigheid en luchtvervuiling versnellen de aftakeling van de archiefstukken. Het zijn schadefactoren die gemakkelijk te elimineren zijn. Zorg voor goede gebruiksrichtlijnen die zowel voor personeel als voor archiefgebruikers gelden. Daarnaast kan door een goede verpakking veel ellende voorkomen worden.
De mogelijkheden van digitale reproducties ontzien het oorspronkelijke, kwetsbare materiaal tegen de gevaren van veelvuldige consultatie.
Uit de Handleiding architectuurarchieven: materiële zorg