Een dunne plaat trekt een nieuwe abstracte lijn in het landschap van het Rivierenhof. De bestaande site wordt gekarakteriseerd door statige klassieke schoolgebouwen in het groen. Veelvuldige renovaties en uitbreidingen aan het oorspronkelijk hoofdgebouw van architect Pol Berger hebben het contact tussen straat en park volledig verbroken. Het hoofdgebouw, ooit een paviljoen in het veld, wordt verlost van zijn vele zware aanbouwen, en krijgt zijn oorspronkelijke frisheid terug. Het nieuwe project herkalibreert, opent het landschap en zorgt voor een nieuwe blik op het park.
De ingreep is tweevoudig: Een L-vormig bouwblok vervolledigt de klooster-typologie van het oorspronkelijke schoolgebouw, met de klassen voor de theorielessen. Het nieuwbouwproject bestaat uit een laag en losgetrokken volume waar de praktijkgerichte lokalen zijn ondergebracht.
Het losstaand gebouw is abstract en dubbelzinnig. De radicaliteit van het project doet denken aan het werk van Superstudio, die droomden van nieuwe en betere werelden. Ook hier is de insteek zuiver democratisch. Eén open plein waar alles en iedereen samenkomt, school en omgeving. Het dak maakt de overgang tussen straat en park en fungeert tevens als toegang. Een wit canvas, gedefinieerd door een aantal welgeplaatste patio’s en daklichten, biedt een eigentijdse belvédère op het park. Het grid van daklichten laat een dense bezetting van de ondergrond vermoeden. Het wekt de nieuwsgierigheid. Het praktijkgedeelte van het schoolprogramma wordt hier ingepast in een half-ondergronds niveau, weggestopt voor het oog van de bezoekers.
Onder het dakplein ligt een nieuwe wereld verscholen. In alle rust kan hier gecreëerd worden. Praktijklokalen worden meestal als grote neutrale ruimtes ingericht, met gesloten muren en eenzijdig daglicht. Hier, in dit project, staan alle ateliers met elkaar in visuele en fysieke verbinding. Geen muren maar glazen wanden. De scheidingen zijn flinterdun. De klassen staan als etalages op een rij, je kijkt erdoorheen, zodat er maximale aandacht naar de leerlingen en hun creaties uitgaat. Door de onderlinge openheid vervalt alle hiërarchie: klassen, bergruimtes, technieken, alles wordt evenwaardig. Eén grote ateliervloer verbindt alle lokalen. De typische gangen worden maximaal vermeden. Dit maakt het geheel zeer intens in gebruik en beleving. De visuele en fysieke impact is groot, en zorgt voor een unieke ervaring.
De centrale zone tussen de lokalen is een buitenruimte, en vormt de verbinding met het oude gebouw. Gigantische rotsblokken versterken het vervreemdend effect en zorgen voor een contact met de bovenwereld. De abstractie van de ingreep bovengronds krijgt een zeer menselijke en warm vervolg ondergronds. Deze dualiteit in zowel idee als beleving zorgt voor een uiterst aangename en beleefbare ervaring.
- Kiki Verbeeck
Dit project is gepubliceerd in het Architectuurboek Vlaanderen N°15. Allianties met de realiteit
Provincie Antwerpen, Departement Logistiek (DAV)
Turnhoutsebaan 250
2100 Deurne
België
2020