In een bescheiden bijdrage aan het kolossale en schijnbaar vervloekte mobiliteitsvraagstuk in en rond Antwerpen ontwierp HUB drie nieuwe parkeergebouwen op de Linkeroever, in Luchtbal en in Merksem. Elk van de gebouwen bevindt zich in de nabijheid van openbaar vervoer naar het stadscentrum, in de hoop de bezoeker te overtuigen om de auto daar achter te laten en het verkeer in het centrum te ontlasten. Als aanmoediging is de kost van een dag parkeren verwaarloosbaar vergeleken met het parkeertarief in de stad. Maar het gemak zou eigenlijk al voor zich moeten spreken: vanuit onder meer het Waasland, Gent of West-Vlaanderen biedt P+R Linkeroever een stelplaats voor de wagen op slechts enkele tramhaltes van de Groenplaats, waarmee je ontsnapt aan de quasi permanente file vanaf Kruibeke, door de Kennedytunnel tot op de Ring.
Toch blijkt de drempel in het eerste levensjaar van de parkeergebouwen nog behoorlijk hoog en is verdere aanmoediging wel degelijk nodig; het opdrijven van het verschil in parkeerkost lijkt voor de hand liggend. Aan de infrastructuur zal het niet liggen. De parkeergebouwen van HUB zijn een verfrissende interpretatie van het vraagstuk. Het mikt niet louter op het maximale aantal wagens in een gegeven ruimte maar wil de parkeermassa juist zo organiseren dat er ruimtelijke kwaliteit ontstaat voor de voetganger. Naast een slimme driedimensionale puzzel van twee gebruiksstromen beoogt het parkeergebouw vooral een atypische open en lichte atmosfeer.
Aan de basis ligt de keuze voor gelamineerde houten spanten, die de last van de betonnen vloerplaten overbrengen op de eveneens betonnen kolommen. Voor dezelfde structurele last heeft het hout meer hoogte nodig en dus tillen ze het plafond tot ver boven de minimumhoogte die de meeste parkeergebouwen definieert. De structuur maakt zo een reeks alternatieve invullingen mogelijk voor een minder auto-afhankelijke toekomst. Daarnaast brengt het hout een dosis warmte binnen in het verder grijze materialenpalet. Het leidt ook tot een aantal secundaire ontwerpaspecten die het gebouw karakter geven, zoals de lichte buiging van de horizontale lijnen en de detaillering van de bouwknopen. Verder zijn de vloerplaten telkens een slag breder dan de afstand tussen de kolommen. Dat biedt structurele voordelen, maar laat ook de ruimte ‘buiten’ de kolommen als voetgangerszone lezen, alleen al door de ruimtelijke verhoudingen. En dit zonder dat er een lik verf aan te pas komt.
De drie structureel nauw verwante parkeergarages verschillen per locatie organisatorisch sterk van elkaar. Op Linkeroever brengen ruime patio’s nog meer licht en lucht binnen in de uitgestrekte horizontale parkeerlagen. De lift- en trapkokers haken hier handig op in en maken van de wandeling van en naar de auto voor een keer geen slalom tussen de auto’s. In Luchtbal breekt een centrale patio het gebouw op in twee behapbare delen. Het kleine oriëntatieverschil van de twee helften onderbreekt de monotone parkeerstructuur, iets wat dankbaar werd overgenomen van de perceelsgrens. Op het smalle perceel in Merksem zijn patio’s niet aan de orde en hellen de parkeerniveaus gestaag in twee parcours die stijgen, dalen en parkeren combineren. Zo zet elk van de gebouwen dezelfde constructieve logica op een eigen manier in, op maat van de specifieke locatie.
- Petrus Kemme
Dit project is gepubliceerd in het Architectuurboek Vlaanderen N°15. Allianties met de realiteit
Liantis
Blancefloerlaan 501, Antwerpen (Linkeroever) / Noorderlaan 502, Antwerpen (Luchtbal) / Bredabaan 4 772, Merksem (Merksem)
België
2021