Architectuur

Atypische stadsbouwmeester. Beleidsnota 2016-2020

In de beleidsnota '2016-2020 Atypische stadbouwmeester' licht Christian Rapp zijn visie op de ruimtelijke kwaliteit toe en legt hij de ruimtelijke prioriteiten vast voor de toekomstige ontwikkeling van de stad.

Atypische stadsbouwmeester. Beleidsnota 2016-2020
Copyright

In de beleidsnota '2016-2020 Atypische stadbouwmeester' licht Christian Rapp zijn visie op de ruimtelijke kwaliteit toe en legt hij de ruimtelijke prioriteiten vast voor de toekomstige ontwikkeling van de stad.

Sinds 1 januari 2016 is Christian Rapp de Antwerpse bouwmeester. Hij nam de tijd om de stad te leren kennen, onder andere via de nieuwe bouwprojecten die in de Welstandscommissie worden beoordeeld en de complexe planprocessen van grote stadsprojecten. Zijn ervaring in wereldsteden als Berlijn en Amsterdam bepaalt sterk zijn blik op Antwerpen. Niet om de steden te vergelijken, maar om de eigen karakteristieken van ‘Atypisch Antwerpen’ beter te doorgronden. In Rapps visie zorgt de matige bevolkingsgroei in Antwerpen ervoor dat de stad zich kan voorbereiden op een ‘ontspannen’ groei, door weloverwogen transformaties van het stedelijk weefsel. Hij introduceert het begrip ‘Weiterbauen’ om het voortbouwen op die bestaande ‘grammatica’ van de stad te beschrijven.

Stadsbouwmeesterschap
Het eerste deel van de beleidsnota, ‘Atypische stadsbouwmeester’, beschrijft hoe het team interdisciplinair en in atelierverband projecten initieert en samenwerkt met alle stakeholders. De begeleiding van plannen en processen gebeurt in de architectuurwerkplaats, een gedeelde mentale plek waar via ontwerpend onderzoek kansen en opportuniteiten afgetast worden.

Prioriteiten op ruimtelijk gebied
Tijdens de eerste jaren van zijn mandaat heeft de stadsbouwmeester enkele projecten geïnitieerd en heel wat planprocessen van nabij opgevolgd. In het hoofdstuk ‘Atypische stadstransformatie’ bepaalt hij zijn prioriteiten op ruimtelijk gebied:

  • De stadsbouwmeester wil in de kernstad waken over het voortzetten van de unieke schaal-en tijdssprongen, die hij aanduidt met het begrip ‘harmonie en dissonantie’.
  • De Ringzone is het tweede gebied dat in het vizier komt. Een overkapping van de Ring biedt mogelijkheden om een nieuwe ‘Ringstraβe’ te creëren die naadloos de gebieden buiten de Ring aan de kernstad kan hechten.
  • Ten derde voert hij een pleidooi om de sprong over de Ring en de Schelde te maken, om ook in de 20ste-eeuwse stadsdelen een kwaliteitsslag te maken. Enerzijds is Linkeroever als onderzoeksgebied op de kaart gezet met de ideeënwedstrijd over de toekomstige transformatie van het gebied. Anderzijds is het de doelstelling van de stadsbouwmeester om in de 20ste-eeuwse gordel gemengde woon-werk gebieden te maken.


Strategisch ruimteplan
Ten slotte begeleidt de stadsbouwmeester de totstandkoming van het nieuw strategisch ruimteplan. De drie thema’s ‘Levendige woonstad’, ‘Innovatieve netwerkstad’ en ‘Robuust landschap’ vormen de rode draad doorheen de visienota.

De beleidsnota is integraal te lezen op www.antwerpenmorgen.be/stadsbouwmeester