Elke periode heeft zijn kenmerkende architectuurstijlen. Ze vertellen een uniek verhaal over onze geschiedenis en cultuur. In Stijl brengt 200 jaar ontwerpen en bouwen in Vlaanderen en Brussel tot leven aan de hand van documenten uit de collectie van het VAi. Bewonder gebouwen in neoclassicistische stijl, ontdek de speelse vormen van de art nouveau of sta stil bij de sobere composities van de modernistische architecten.
Is het begrip stijl nog relevant? Lange tijd zagen kunst- en architectuurhistorici 'stijl' als een onmisbaar instrument om de geschiedenis van de bebouwde omgeving te bestuderen. Vandaag is dit begrip minder aanwezig in het discours van historici en architecten. Zij kijken niet langer naar de geschiedenis in termen van stilistische coherentie. Het onderzoeken van de uiterlijke kenmerken of stijlen wordt tegenwoordig aangevuld door de studie van de architectuur binnen haar bredere maatschappelijke en culturele context.
"Eigenlijk is stijl altijd een culturele constructie a posteriori, die behoort tot een bepaalde tijd en plaats."‐ Claudine Houbart, 'Van de stilus naar de veer... op de hoed. Enkele reflecties over het begrip stijl', in Erfgoed Brussel, 2016 (19-20)
NEOCLASSICISME
Tijdens de tweede helft van de 18de eeuw vormden archeologische opgravingen de aanleiding voor reizen naar Italië en de verspreiding van talrijke werken over de oudheid. Deze belangstelling voor de antieke cultuur beïnvloedde de architectuur en de schilder-, beeldhouw- en sierkunsten.
Vanaf de jaren 1760 verdrong het neoclassicisme de barok en de rococo. Het inspireerde zich op de vormen en verhoudingen van de Griekse en Romeinse architectuur. Het was de eerste van een hele reeks historische stijlen die opgang maakte in Europa en Noord-Amerika.
"Er kwam dus een tweede renaissance. Voor de enen werd het een esthetische begeestering, voor de anderen werd het een op zuivere archeologische gronden gebaseerd vernieuwen van de kunst en de architectuur."‐ Jos Vandenbreeden, 'Neoclassicisme', in De 19de eeuw in België. Architectuur en interieurs, Tielt, 1994
NEOSTIJLEN
Vanaf de jaren 1830 was de oudheid niet meer unaniem het enige na te volgen model. Er kwam een einde aan de dominantie van het neoclassicisme in de architectuur. De inspiratiebronnen werden gevarieerder. Ontwerpers recycleerden ook andere historische stijlen. Die intense belangstelling voor het verleden had onder meer te maken met de sterke nationale gevoelens na de Belgische onafhankelijkheid.
De 19de eeuw was het hoogtepunt van de neo-architectuur, een manier van bouwen waarin stijl een kwestie was van architectuur uit het verleden te reproduceren. Een aantal ontwerpers putten slechts uit één stijl om de architectuur te herbronnen en de herinterpreteren. Populair waren de neorenaissance en de neogotiek.
Tegelijkertijd met deze neostijlen ontwikkelde zich het eclecticisme. Dat richtte zich niet op één bron, maar combineerde verschillende historische stijlen naast elkaar tot een originele, nieuwe architectuur. Dit virtuoos spel met stijlen had een grote impact op het architectuurdiscours van de 19de eeuw. Een bijzondere vorm van het eclecticisme was de beaux-arts-stijl. Die sloot aan bij het neoclassicisme, de neobarok en de neorenaissance en was nauw verbonden met het architectuuronderwijs aan de academies.
"De negentiende-eeuwse gebouwen en interieurs zijn rijk en doordacht, zijn historisch en technisch-modern tegelijk. Zij zijn immers vaak de uitdrukking van een maatschappelijk-ideologische positionering en/of bewuste levenswijze ..."‐ Jan De Maeyer, 'Adel en burgerij in gehistoriseerde kastelen: ideologische aspecten van een cultuurhistorisch fenomeen', in Neostijlen in de 19de eeuw. Zorg geboden, Leuven, 2002
ART NOUVEAU
Tussen ongeveer 1890 en 1913 verspreidde zich een vernieuwingsbeweging in de architectuur en de kunstnijverheid. Deze 'nieuwe kunst' of art nouveau brak met de vormen uit het verleden en de artistieke neostijlen die de voorgaande decennia hadden gedomineerd. In hun streven naar een totaalkunst werkten de architecten met een veelheid aan materialen, vormen en kleuren. Ze maakten gebruik van golvende, vloeiende lijnen of geometrische motieven. Gietijzer, glas, sgrafitto en mozaïek speelden een belangrijke rol.
In het begin werd de art nouveau vooral geapprecieerd door een elite. Uiteindelijk vond de stijl ook zijn weg naar de kleine burgerij en evolueerde al snel tot een modieus fenomeen. De beweging bracht een rijke schakering aan regionale variaties voort. Zo was er de Jugendstil in Duitsland, de Modern Style in Engeland en de Wiener Secession in Oostenrijk.
"Seldom in the history of art has there been a more dramatic, innovative, and controversial style than Art Nouveau."‐ Paul Greenhalgh, 'Art nouveau 1890-1914', in Antiques, 2000 (4), naar aanleiding van de grote retrospectieve tentoonstelling over art nouveau in de V&A in Londen
ART DECO
De art-decostijl was een decoratieve stijl in de architectuur, de interieurinrichting en de toegepaste kunst. Hij bereikte zijn hoogtepunt tussen de twee wereldoorlogen en was populair bij een breed publiek. Stilistisch is de art deco moeilijk te definiëren. Historische stijlen, lokale en exotische invloeden en het modernisme vormen slechts een kleine greep uit het repertorium dat door deze stijl werd gerecupereerd en gemoderniseerd. Art deco was gematigd modern en bood zo een acceptabel decor voor het burgerlijke wonen in de jaren 1920 en 1930.
Net als de art nouveau is art deco een verzamelnaam die betrekking heeft op diverse stromingen in verschillende landen. De term is afgeleid van de Exposition Internationale des Arts Décoratifs et Industriels Modernes die in 1925 plaatsvond in Parijs.
"De art deco was een modieuze stijl die zich perfect inpaste in de maatschappij van het interbellum. En dat had een reden. Voor het eerst was men er zich van bewust dat een decoratieve stijl die was gericht op een brede bevolkingslaag een economisch potentieel had."‐ Werner Adriaenssens, 'Art deco. Een decoratieve stijl met een eclectisch karakter', in Erfgoed Brussel, 2016 (19-20)
MODERNISME
Het modernisme is een stroming in de architectuur en de kunst die vooral vanaf de jaren 1920 opgang maakte. Deze baanbrekende beweging kwam voort uit reacties op de maatschappelijke en technologische veranderingen van die tijd. Ze streefde naar functionaliteit, eenvoud en een breuk met de historische stijlen.
De modernistische architecten herleidden hun ontwerpen tot uitgepuurde composities waarin natuurlijke elementen zoals licht en lucht werden geïntegreerd. Ze streefden naar efficiënte en rationele gebouwen die de behoeften van de gebruikers weerspiegelden, zonder overtollige versieringen. Ook experimenteerden ze volop met nieuwe materialen en technieken. Beton, staal en glas werden prominent ingezet en boden meer vrijheid in de vormgeving. Dit vertaalde zich in een architectuur met elementaire en geometrische volumes, horizontale raamstroken, platte daken en open en flexibel ingerichte ruimtes.
De modernistische architectuur bevatte een veelheid aan vormen en tendensen. In België ontwikkelde ze zich vooral als een zakelijke baksteenarchitectuur. Slechts enkelen verwerkten het modernistisch, ideologisch geladen purisme op een bijna dogmatische manier.
"... de heele bouw zal een levend organisme worden, waar het eene bestanddeel logisch uit het andere zal groeien. Dergelijk gebouw zal even zuiver in elkaar zitten als een machine, hetgeen het groote voordeel oplevert, dat alle overtolligheden vervallen."‐ Huib Hoste, 'De roeping der moderne architectuur', in De Stijl, 1918 (8)
Op 14 september 2025 organiseert Herita Open Monumentendag met als thema architecturaal erfgoed. In aanloop naar deze dag zal deze pagina verder aangevuld worden met andere stromingen of stijlen, zoals brutalisme en postmodernisme.
Onderzoek, samenstelling en redactie: Dirk Laureys
De collectie architectuurarchieven ter plaatse raadplegen? Boek een afspraak in de leeszaal van het VAi-Archiefhuis. Stuur een mail naar architectuurarchief@vai.be
Wil je graag ter plaatse een archief inkijken?
Dit kan in ons Archiefhuis:
Parochiaanstraat 7
2000 Antwerpen
maandag t/m vrijdag: 09:00u-17:00u
Enkel op afspraak via architectuurarchief@vai.be
32 (0)3 202 04 83
weekend en feestdagen: gesloten
kerstsluit: 23.12.2024-01.01.2025
Het archief kan ook in groep bezocht worden. De aanvraag hiervoor gebeurt ten minste 3 weken op voorhand via architectuurarchief@vai.be.
Zoek en vind archieven binnen en buiten de VAi-Collectie op de VAi Archiefhub.
Snuister door meer dan 10.000 boeken in onze rijkgevulde bibliotheek.