De tentoonstelling ‘Alison & Peter Smithson, The Art of Inhabitation’ toont het werk van dit Engelse architectenechtpaar - Alison (1928-1993) en Peter (1923-2003) Smithson - dat tot de meest toonaangevende en controversiële oeuvres uit de tweede helft van de twintigste eeuw behoort. De tentoonstelling presenteert de ideeën van de Smithsons over het woonhuis: een plek die de bewoners moeten kunnen ‘toe-eigenen’. De ruimtes in een woonhuis moeten met andere woorden de mogelijkheid bieden te worden aangepast aan de individuele wensen en het gebruikspatroon van de bewoner. In de ontwerpen van de Smithsons zijn dan ook vaak alleen de voorzieningsruimtes, zoals keuken en badkamer gedefinieerd.
Met originele tekeningen, talloze foto’s en speciaal gebouwde maquettes toont de tentoonstelling diverse projecten, waaronder woonhuizen en ontwerpen voor verschillende prijsvragen. Daarnaast worden de collages gepresenteerd die Alison Smithson als antropologische (vorm-)studies heeft gemaakt.
‘The Art of Inhabitation’ is de eerste uitkomst van een langdurige samenwerking tussen TU Delft en NAiM/Bureau Europa. De samenstelling ligt in handen van Max Risselada, emeritus hoogleraar aan de faculteit Bouwkunde van TU Delft.
De Smithsons hebben gedurende hun hele leven midden in de discussie gestaan over de rol van de moderne architectuur in de hedendaagse maatschappij. Zij behoren tot de oprichters van Team 10, een groep Europese architecten met grote invloed in de jaren zestig en zeventig. In hun polemieken en ontwerpen richten zij zich vooral op de opkomende consumptiemaatschappij en de rol van stadsplanning en staan zij kritisch ten opzichte van het gevestigde modernisme van de jaren vijftig, waarin de functionaliteit voorrang had op de vorm. Zo leggen zij de basis voor het Brutalisme (een architectuur van grote geometrische gebouwen in ruw beton). Tevens zijn zij betrokken geweest bij The Independent Group, een interculturele discussiegroep met waardering voor de schoonheid van het alledaagse. Uit deze groep is de Pop art beweging ontstaan van de jaren zestig.
De talrijke boeken en essays van de Smithsons zijn tot op de dag van vandaag actueel. Zij benutten de wereld van de architectuur en de bouwpraktijk als aanleiding na te denken over de daadwerkelijke opdracht van architecten. Architectuur kan hun inziens niet los worden gezien van een morele attitude en is niet louter gericht op vormgeving. Een belangrijk gedachtegoed, zeker in dit tijdperk waarin de architectuur een puur visuele taal lijkt te worden en niet langer een potentie, maar een lifestyle vertegenwoordigt voor gebruikers.
De voorloper van deze tentoonstelling (‘From the House of the Future to a house of today’, 2003), samengesteld door Max Risselada en Dirk van den Heuvel in samenwerking met het Design Museum London, is te zien geweest in The Lighthouse in Glasgow, Witte de With in Rotterdam, en op een vijftal locaties in Spanje.