De leidraad van de groepstentoonstelling LandscapesCitiesPeople is de vraag welke nieuwe relaties tussen landschappen, steden en mensen verschijnen in hedendaagse, laatmoderne kunstwerken.
Een van de inspiratiebronnen voor de tentoonstelling is de wijze waarop de relaties tussen landschappen, steden en mensen artistiek geconstrueerd werden in het begin van de moderniteit, in de late 14de en de 15de eeuw. De eerste verschijningen van het landschap in de Westerse kunst waren sterk verbonden met het toenemende belang van de stad, en van een nieuw cultureel model waarin de individuele blik, ratio en handelingen een actieve, scheppende rol begonnen te spelen. Het was via de schilderkunstige voorstelling van architectuur dat de nieuwe relaties tussen de mens, de wereld en het goddelijke, tussen binnen en buiten, hier en daar, cultuur en natuur vormgegeven werden.
De tentoonstelling vertrekt vanuit de veronderstelling dat we ons in een soort overgangsperiode bevinden, waarin het moderne culturele model uitgeput lijkt te zijn en onderhevig is aan fundamentele transformaties, zonder dat zich vooralsnog een krachtig en duidelijk alternatief aangediend heeft.