Op 23 juli jongstleden werd bekend dat volgens het nieuwe Vlaamse regeerakkoord de Vlaams Bouwmeester vervangen zou worden door een College van adviseurs die gekozen zouden worden uit het ‘architecturale middenveld’. Het team Bouwmeester zou, nog volgens het regeerakkoord, vallen onder het departement Ruimtelijke Ordening. Dit nieuws heeft sindsdien veel reacties losgemaakt. Onder meer beroepsorganisaties, universiteiten, individuele architecten en de nieuwe Vlaams minister voor cultuur, Sven Gatz, lieten van zich horen. Met de uitzondering van de beroepsvereniging van de vastgoedontwikkelaars (BVS) waren de reacties eensluidend: het instituut Vlaams Bouwmeester is een fundamenteel onderdeel van de Vlaamse architectuur dat de kwaliteit van de gebouwde omgeving enorm heeft verbeterd en dat behouden moet blijven.
Ondertussen zal het gesprek over de toekomst van de Vlaams Bouwmeester verder worden gevoerd. Tijdens de Avond van de Architectuur op donderdag 18 september presenteert het Vlaams Architectuurinstituut ‘Architectuur Middenin’, de elfde editie van het Architectuurboek Vlaanderen. Deze presentatie vormt de aanleiding voor het Grote Bouwmeesterdebat met vertegenwoordigers uit verschillende geledingen van de Vlaamse architectuur: praktijk, cultuur, beleid en wetenschap.
Veel commentatoren benadrukken dat het Vlaams architectuurbeleid vruchten afwerpt: Vlaanderen heeft - ook in de ogen van het buitenland - een bijzonder levendige architectuurcultuur met een sterk innovatief profiel. In onze meest recente nieuwsbrief geven we daarom niet alleen een overzicht van de reacties vanuit Vlaanderen op het regeerakkoord, maar ook een selectie van de talrijke artikels die diverse internationale media in de laatste jaren aan de Vlaamse architectuur hebben gewijd. ‘Aufbruch in Flandern’ (vrij vertaald: Doorbraak in Vlaanderen) was de titel van een van deze artikels in het Berlijnse tijdschrift Bauwelt. Laten we samen verder werken aan het streven naar een goede en duurzame leefomgeving.
- Christoph Grafe, directeur Vlaams Architectuurinstituut