Provinciegouverneur
Over de rol van het provinciebestuur tijdens de wederopbouw werd tot nog toe weinig onderzoek verricht. De meeste informatie is van de hand van gouverneur Léon Janssens de Bisthoven (1859-1938). Hij was gouverneur van West-Vlaanderen van 1912 tot 1933 en bracht onder andere verslag uit over de vorderingen in de wederopbouw, waaruit onder meer blijkt dat de provincie de uitvoering van de motobeploeging voor haar rekening nam (zie Ministerie van Landbouw en Openbare Werken).
Arrondissementscommissaris en Arrondissementsingenieur
De arrondissementscommissaris oefende toezicht uit op het gemeentebestuur en op de handhaving van wetten, reglementen en beslissingen. Hij deed dat onder leiding van de gouverneur en de bestendige deputatie. Over de functie of inschakeling van deze commissarissen en van de arrondissementsingenieurs in de concrete context van de wederopbouw werd geen specifieke literatuur gevonden.
Uitvoerige correspondentie tussen Léon Janssens de Bisthoven en alle gemeentebesturen wijst op de belangrijke coördinerende rol die de gouverneur tijdens de wederopbouw bleef spelen ondanks de nadrukkelijke inmenging van de Dienst der Verwoeste Gewesten.
Uit die briefwisseling blijkt overigens dat de provincie over een eigen Dienst van Heropbouw beschikte, die vermoedelijk voornamelijk zijn aandeel had in de wederopbouw van gemeenten die niet waren aangenomen volgens de wet van 8/04/1919. De dienst nam ook de heropbouw van resterende gemeentegebouwen over nadat de aanneming van een gemeente in de loop van de jaren 1920 was stopgezet.
De belangrijke inbreng van de arrondissementsingenieurs en de Provinciale Technische Dienst waarvoor zij werkten, blijkt eveneens uit een bedrijvige briefwisseling over concrete dossiers en uit talrijke plannen van herstellingswerken aan bruggen, duikers, wegen, waterlopen, enz.